Presentatie Kinderrechtencollectief in Nieuwspoort
Het Kinderrechtencollectief organiseerde op 19 februari 2009 in Nieuwspoort, een startbijeenkomst onder leiding van Nationale Ombudsman Alex Brenninkmeijer. Met het doel invulling te geven aan de aanbevelingen van het Kinderrechten Comité voor Nederland. Samen met Maartje Berger, jurist bij Defence for Children ECPAT, spraken we over één van mijn jeugdstrafrecht zaken.
Tom was net twaalf toen hij voor een strafbaar feit werd opgepakt. In het belang van het onderzoek werd hij drie dagen in voorarrest geplaatst. Alleen zijn moeder mocht hem zo af en toe bezoeken. Hij kreeg niets, zelfs geen stripblaadje om de tijd mee door te komen. Toen hij na drie dagen werd opgehaald was hij benauwd, murw en lamgeslagen.
Tom was een ‘thuiszitter’. Ondanks zijn leerplicht en recht op onderwijs ging hij twee jaar lang niet naar school. Hij zat hele dagen thuis en was veel op straat. Hij ging een tweede keer de fout in en kwam weer in voorarrest te zitten.
De jeugdreclassering en zijn advocaat zagen mogelijkheden om het voorarrest onder voorwaarden te schorsen en hem ergens anders dan in de justitiële jeugdinrichting te laten behandelen. Met dit plan werd niet gedaan door de rechter. Tom zat de tweede keer in totaal dertig dagen in voorarrest. Al die tijd was er een plek voor behandeling buiten de cel vrij.
Tom is op zijn twaalfde al behandeld als een volwassene. Volgens zijn advocaat zou in zaken van minderjarigen bij het bepalen van een verlenging van het voorarrest, de belangenafweging die daaraan vooraf gaat, zorgvuldiger gemaakt moeten worden. Zodat er meer rekening wordt gehouden met de leeftijd en behoeften van een kind en dus met het Kinderrechtenverdrag.
Tom is nog steeds onrustig door zijn ervaringen in de cel. Hij krijgt nu behandeling, maar het onderwijs dat hij krijgt verloopt niet goed. Hij heeft een enorme achterstand en wordt nog steeds regelmatig onder schooltijd naar huis gestuurd vanwege personeelstekorten.
Vraaggesprek
In een vraaggesprek tussen Alex Brenninkmeijer en mr. Gilsing vertelt Toms advocaat dat kinderen vanaf de leeftijd van twaalf jaar in voorarrest worden geplaatst. Het voorarrest heeft een intimiderende invloed gehad op Tom. Hij is heel klein in lengte en zag er in die tijd ook heel kinderlijk uit. Desondanks werd hij op de zwaarste manier behandeld. Eenzame opsluiting in een justitiële jeugdinrichting zorgde ervoor dat Tom zeer emotioneel werd. Een boom was zijn enige uitzicht. Gilsing constateert dat er in het geval van Tom veel rechten uit het Kinderrechtenverdrag zijn geschonden. Hierdoor is hij beschadigd geraakt.